Anticoagulantia en nieuwe orale anticoagulantia
Wat doen ze
Anticoagulantia (tevens bekend als antitrombotica) voorkomen de vorming of groei van bloedproppen. Ze zijn belangrijk omdat er bij mensen met hartfalen soms bloedproppen ontstaan in het hart of de bloedvaten die het bloed terugsturen naar het hart. Bij patiënten met atriumfibrilleren, een onregelmatig hartritme dat vooral voorkomt bij patiënten met hartfalen, zijn anticoagulantia van essentieel belang, omdat ze beschermen tegen de vorming van bloedproppen in de linkerboezem, die los zouden kunnen raken en zouden kunnen leiden tot een beroerte.
Hoewel anticoagulantia vaak bloedverdunners worden genoemd, zorgen ze er niet echt voor dat uw bloed vrijer door uw aderen stroomt. Ze voorkomen als het ware dat het bloed stolt (en zich een bloedprop vormt) op plaatsen waar dit niet hoort.
Warfarine is de meest gebruikte bloedverdunner en wordt ingenomen in tabletvorm. De dosering warfarine varieert van persoon tot persoon. Uw arts of verpleegkundige zal regelmatig uw INR (internationaal genormaliseerde ratio) meten, vooral bij de start van de behandeling, en daarna routinematig, om de juiste dosis voor u te bepalen. Het is belangrijk dat u geen tabletten overslaat of een extra dosis inneemt. Hebt u dit wel gedaan, neem dan contact op met uw arts of verpleegkundige.
In sommige gevallen kunt u een injectie met anticoagulantia krijgen (meestal een type heparine) in plaats van warfarine. Bijvoorbeeld als u in het ziekenhuis bent opgenomen voor een medische ingreep of als u moeite hebt met het doorslikken van tabletten.
De afgelopen jaren is een nieuw generatie anticoagulantia ontwikkeld, ook wel “nieuwe orale anticoagulantia” of NOAC’s genoemd. Deze geneesmiddelen worden nu vaak gebruikt om te beschermen tegen beroertes bij patiënten met atriumfibrilleren. NOAC’s zijn minstens zo effectief als warfarine en wellicht gemakkelijker te gebruiken aangezien er niet regelmatig bloedonderzoeken (INR) hoeven te worden uitgevoerd om de neiging van het bloed om te stollen te onderzoeken.
Bijwerkingen
Anticoagulantia kunnen de neiging tot bloeden verhogen, wat zich vaak uit in blauwe plekken of kleine bloedingen. Hoewel het risico laag is, neemt het risico op een grote hemorragie (ernstige bloeding) helaas ook toe, bijvoorbeeld in combinatie met een maagzweer.
Het effect van warfarine houdt enkele dagen aan na stoppen met het gebruik van de tabletten. Uw arts kan echter een behandeling toedienen die de bloedingsneiging snel zal verkleinen. Het effect van een NOAC daarentegen is kortdurend, uren slechts in plaats van dagen. Een eventuele bloedingsneiging is hiermee makkelijker te reguleren.
De beste tips
Het is van belang dat u nauw samenwerkt met uw arts of verpleegkundige als de behandeling is gestart, om de juiste dosis warfarine of een NOAC voor u te bepalen die tevens voor een stabiel niveau van antistolling zorgt.
U moet al uw artsen, inclusief uw huisarts, tandarts en apotheker, op de hoogte brengen van het feit dat u wordt behandeld met warfarine of een NOAC gebruikt. Het kan nuttig zijn om een medische waarschuwingskaart of een medische armband bij u te dragen waaruit, in een noodgeval, kan worden opgemaakt dat u warfarine of een NOAC gebruikt.
Vanwege het risico op bloedingen is het belangrijk dat u uw arts onmiddellijk op de hoogte stelt wanneer u abnormaal bloedverlies bemerkt, inclusief onverklaarbare bloeduitstortingen, bloedend tandvlees, een bloedneus, bloed uit de plasbuis of in de stoelgang. Het is zeer belangrijk om exact aan te geven wanneer u uw laatste dosis antistollingsmiddel, zoals warfarine of een NOAC, heeft gebruikt.
Staan tevens bekend als:
- Oral Anticoagulants
- Warfarin
(Coumadin®, Jantoven®, Marevan®, Waran®) - Acenocoumarol/nicoumalone
(Sinthrome®) - Phenindione
- NOACs
- Dabigatran
Pradaxa® - Rivaroxaban
Xarelto® - Apixaban
Eliquis® - Edoxaban
Lixiana®
Anticoagulantia door injectie
Dalteparin sodium
(Fragmin®)
Enoxaparin sodium
(Clexane®) (Klexane®)
Tinzaparin sodium
(Innohep®)
Fondaparinux
(Arixtra®)
Heparin